Kiezen voor het leven (06-11)
Daar zit ik dan, in mijn geliefde huisje in Katwijk, bij te komen van een onverwachte ziekenhuisopname en dito operatie. Als je dan, kort voor je in een ambulance met gillende sirenes door Amsterdam naar een ander ziekenhuis wordt vervoerd, gevraagd wordt of je gereanimeerd wilt worden, gaat er wel even iets door je heen….
Vorige week, na de longpunctie, bleef ik ademhalingsklachten
houden. We weten het eerst aan de schrale koude wind, maar afgelopen weekend
was de temperatuur best aangenaam. Toch had ik steeds maar geen lucht. Zondag
zou ik weer een deel van het Pieterpad lopen, maar ondanks het lage tempo (3,5 –
4 km/uur) was ik volkomen buiten adem. Het ging gewoon niet en ik had geen
verklaring…. ’s Avonds alle opties doorgesproken: we kwamen uit op de volgende
opties:
klaplong, longembolieën of toch weer ascites. Dit was gebaseerd op het feit dat
ik een andere beperking voelde dan het longvocht, maar niet bij mijn
buikademhaling kon komen.
Met spoed naar AVL
Op maandagochtend belde ik met het AVL met mijn vermoedens. Deze werden min
of meer bevestigd en ze wilden me daar z.s.m. zien. Ik liet mijn afspraken in
Heerde ’s ochtends doorgaan en toog vanaf 11:00 richting Amsterdam. Daar
aangekomen meteen, zoals telefonisch afgesproken, een longfoto laten maken en
vervolgens mocht ik me melden bij spoedopname. De arts daar wist al snel te
melden dat de foto wel kleine breukjes in de ribben liet zien, maar bepaald
geen klaplong. We moesten dus verder zoeken. Na uitgebreid bekloppen van mijn
buik, leek ook ascites uitgesloten. Een andere arts kwam luisteren en kijken…
Mijn verhaal over benauwdheid klopte niet echt met hoe ik erbij lag. Behoorlijk
fit, mondig en ik had de dag ervoor nog 2 kilometer gelopen… dat was niet
geloofwaardig. Toen ik echter vertelde een échte wandelaar te zijn, onlangs nog
de 16 kilometer lange Samariakloof gelopen en dat nu á tempo 100 meter een
hartslag van 180 opleverde, begreep hij wat ik zei. De ene patiënt is immers de
andere niet… Als ik stil en enigszins rechtop zat, dan viel de benauwdheid mee,
als ik echter helemaal plat op mijn rug lag werd ik benauwd. Dat zette hem aan
het denken… hij liet het bed plat zakken en keek vervolgens naar mijn halsslagaders…
vervolgens vroeg hij een ECG en een CT-scan aan. Het vermoeden bestond dat er
vocht bij mijn hart zat.
Met gillende sirenes
naar het OLVG
Er werd aan het bed een ECG gemaakt en rond vier uur werd ik met bed en al
naar CT10 gereden. Tegen half zes, net voor de warme maaltijd bezorgd zou
worden, vertelde de jonge arts dat er een ambulance was besteld en dat ik naar
het Onze Lieve Vrouwen Gasthuis gebracht zou worden. Het AVL heeft zelf geen
cardiologen en werkt samen met het OLVG hiervoor. Wat belangrijk was voor de
ambulancebroeders: of ik gereanimeerd wilde worden, mochten er complicaties
optreden? Ai, dat is confronterend in mijn situatie… Mijn lijf is al zo ziek…. Ik
word palliatief behandeld… mijn eerste reactie was dan ook ‘nee’, puur
rationeel. Maar vervolgens dacht ik aan het gesprek met Marleen Kok, nog
minstens zes maanden behandelingen mogelijk… kort overleg en toen toch ‘ja’
gezegd. Volmondig ‘ja’ tegen het leven, zolang het me gegeven is omdat het me
kennelijk nog wat te bieden heeft. Nog voor ik mijn tweede hap kon nemen
stonden de ambulancebroeders al voor me om me mee te nemen. Ik stapte op de
brancard spullen werden verzameld en daar ging ik dan, door de gangen, met de
ambulancebroeders mee. Ik had het al verschillende keren bij anderen gezien,
maar nooit was het mij overkomen. Eenmaal in de ambu, toen we gingen rijden
gingen de blauwe lichten aan en werd bevestigd dat de sirenes inderdaad onze
ambu betrof. Het was spits in Amsterdam en er was haast geboden.
Zorgelijke situatie
Langzaam drong het tot me door dat het ernstig was. Je hoort wel vaker dat
mensen vocht bij het hart hebben, dus ik had daar niet echt een beeld bij van
ernst. Eenmaal in het OLVG echter, bleek dat ze het liefst hadden dat ik
nuchter was geweest, om me meteen te helpen. Want, zo zeiden ze, mijn bloeddruk
en hart waren nu nog redelijk stabiel en ze wilden het liefst ingrijpen vóór
het hart in de stress zou raken. Er werd gekeken, overlegd, ik kwam aan de
hartmonitor en al snel bleek dat een punctie (met een naald leegzuigen van het
zakje) in mijn situatie niet mogelijk was vanwege de in 2012 uitgevoerde borstreconstructie.
Deze zat simpelweg in de weg. Het zou dus een operatie worden, die dan wel
tevens een meer permanent karakter zou hebben. Maar dit was dus ook
ingrijpender, compleet met narcose etc. Omdat ik verder stabiel bleef, werd
besloten mij ’s ochtends als eerste (voorafgaand aan alle geplande operaties)
te opereren.
Operatie op
dinsdagochtend
Toen ik langzaam bij kwam was ik nogal slap en sloom door de anesthesie en
morfine. Dat zorgde ervoor dat ik langer op de verkoever moest blijven dan
verwacht. Eenmaal weer op mijn kamer begreep ik dat er meer dan een liter vocht
was gedraineerd. Ik lag nog altijd aan de monitor, had nu twee drains (een voor
het hartzakje – pericart en een voor mijn rechter long – thorax). De operatie
had eruit bestaan dat ze een gat ter grootte van een rijksdaalder in de
onderkant van het hartzakje maakten, waardoor het vocht eruit kon en ook in de
toekomst geen probleem meer zou vormen. Om dat te kunnen doen zijn ze via de
rechterkant naar binnen gegaan, waarvoor ze mijn long tijdelijk ‘plat’ hadden
gelegd, vandaar dat mijn long een vacuümpomp had.
Geen morfine
Omdat ik niet zo dol op morfine ben vanwege de slaperigheid en
misselijkheid, vroeg ik al snel of de medicatie niet kon worden omgezet naar
paracetamol en diclofenac, met indien nodig, nog een klein morfine pilletje.
Dat mocht gelukkig, waardoor ik in de loop van de avond weer aardig ‘bij’ was.
Nu ik eenmaal was geholpen vond de nachtbroeder dat ik best met wat minder
toeters en bellen toe kon. Dat maakte dat ik goed kon slapen waardoor ik
vanochtend uitgerust wakker werd.
Weer naar huis
Rond het middaguur mochten de drains eruit. Ze hadden hun werk gedaan. Al
met al was er ca. 2 liter vocht uit mijn hartzakje weg gehaald en ook mijn long
lag weer netjes in het vlies. Ik ben met de schrik vrij gekomen. Twee liter
vocht bij je hart is heel veel om tegenin te pompen. Iemand met een minder
sterk hart had dit mogelijk niet eens overleefd…
Reflectie
Donderdag kreeg ik nieuwe vooruitzichten, die mij ‘ja’ tegen de reanimatie,
tegen het leven deden zeggen en vervolgens kreeg ik gister een nieuwe kans op
verlenging. Mijn taak hier is kennelijk nog niet volbracht, ik mag nog even
door, waarde gevend aan iedere dag, genietend van de mooie dingen die mij nog
gegund worden.
Wordt vervolgd
Dit artikel werd gepubliceerd op: 06-11-2019 22:47